De Brush Tool en de Pencil Tool zitten onder hetzelfde icoontje in de toolbox. Door op het zwarte pijltje rechtsonder het icoontje te klikken opent de submenu met de andere tool. Je kan ook op het toetsenbord op de “B” drukken om de tool te activeren. Switchen tussen de 2 tools doe je via Shift + B.
Inkleuren met de Brush en Pen Tool gebeurt op eenvoudige wijze:
- kies een kleur in de toolbox of in het Color Palet.
- opties instellen in het menu
- begin te kleuren door te klikken en slepen met de muis over de afbeelding
Voor beide Tools gelden dezelfde principes, het enige verschil is dat de Pencil Tool hardere randen geeft.
Je kan ook vooraf een selectie maken en bij het inkleuren zullen dan alleen die pixels wijzigen die binnen de selectie vallen.
Een lijn trekken met deze tool doe je door te klikken op het beginpunt en dan Shift+muisklik op het eindpunt. Beide punten worden dan automatisch verbonden.
Nadat je pixels gekleurd hebt kan je onmiddellijk naar Edit – Fade Brush Tool gaan waar je de doorzichtigheid en blending van de gekleurde pixels kan instellen.
Zodra u de Brush (of Pen) Tool geactiveerd hebt opent een menu met opties bovenaan:
- Brush: Hier kan je het type en de groote van het penseel kiezen die je wil gebruiken. Om dit palet snel op te roepen kan je ook rechts klikken op de afbeelding terwijl de Brush/Pen Tool geselecteerd is in de Toolbox.
- Mode: stel de manier in waarop de nieuwe kleuren moeten mengen met de reeds aanwezige kleuren.
- Opacity: de doorzichtigheid van de ‘verf’.
- Flow: een lagere waarde geeft een lichtere penseelstreek.
- Airbrush: klik op het icoontje achteraan de menubalk om de airbrush te activeren.
Ook voor de Pen Tool verschijnen deze opties, met het verschil dat de Flow optie plaats maakt voor de verwarrende Auto Erase optie:
Tekent de achtergrondkleur over de voorgrondkleur als je klikt en sleept op een plaats die de voorgrondkleur bevat. Klik en sleep je echter op een kleur die de voorgrondkleur niet bevat dan zal er getekend worden met de voorgrondkleur.
